Tonny ten Vregelaar is naast melkveehouder in Haaksbergen eveneens vertegenwoordiger namens diervoederbedrijf Fuite uit Genemuiden. In die functie heeft Ten Vregelaar al heel wat melkveebedrijven van binnen en buiten bekeken. Toen de inmiddels 58 jarige melkveehouder voor de keuze stond zijn melkstal te renoveren was de keuze snel gemaakt: een GEA Monobox melkrobot siert sinds mei 2018 zijn bedrijf.
‘Onze oude melkput dateert van 1979 en had aanvankelijk een 2 x 4 stands capaciteit. In 1999 hebben we dit uitgebreid naar 2 x 6 stands. Naarmate je ouder wordt, wordt de fysieke belasting groter. Weer bijna twintig jaar verder werd het dus tijd uit te zien naar een melksysteem dat minder belastend zou zijn. We waren reeds vertrouwd met Westfalia; de keuze voor de opvolger, GEA, lag dus voor de hand. Dit is ingegeven door ervaringen van en observaties bij Fuite klanten, maar ook door de prettige wijze waarop MCO en nu rechtsopvolger Farmonie ons bij de omschakeling heeft begeleid. De veestapel werd gesplitst in twee groepen, waarna de koeien met hulp van medewerkers van Farmonie de weg naar de box vonden. Na twee dagen waren de koeien vertrouwd met de nieuwe routing en liep alles naar wens.’

V.l.n.r.: Tony, Tim & Rob ten Vregelaar
Stichting Agrifacts
De vrijkomende tijd besteedde Ten Vregelaar, samen met zijn zonen Rob (22 jaar) en Tim (19 jaar) aan aanpassingen in de stal. Oude krachtvoerboxen maakten plaats voor ligboxen, een selectiehok werd gemaakt, nieuwe toegangshekken werden geplaatst. De GEA melkrobot biedt Tonny bovendien meer tijd voor tochtigheidswaarneming en meer bewegingsruimte om voor Fuite en voor de Nederlandse Melkveehouders Vakbond (NMV) actief te zijn. ‘Ik erger me er enorm aan dat boeren en tuinders zonder onderbouwde bewijzen als daders worden aangewezen voor allerhande rampspoed. Aannames worden misbruikt voor het uitvoeren van beleidsmaatregelen. Zo moest het Planbureau voor de Leefomgeving onlangs haar notitie over de impact van het eten van vlees op het klimaat op aandringen van Stichting Agrifacts drastisch naar beneden bijstellen. We moeten als sector continu alert zijn dat onze belangen goed worden gediend, waarbij beleid op betrouwbare informatie moet zijn gestoeld.’
“Farmonie bewijst dat techniek en mensenwerk goed samen gaan. De GEA Monobox is hiervan een goed voorbeeld: de box is van alle kanten goed toegankelijk. Zeker bij vaarzen is dit een uitkomst bij de eerste melkbeurten. Door eerstekalfs koeien bij de eerste bezoeken aan de box rustig te begeleiden, is een bezoek aan de GEA Monobox ook voor een vaars al snel een feestje.” – Tonny ten Vregelaar
G5 camera
Het aantal melkgevende koeien van Ten Vregelaar is 62; goed voor een jaargemiddelde van 10.500 kg met 4.45 procent vet en 3.62 procent eiwit. Toch lijkt het eind van de capaciteit van de robot nog niet in zicht. ‘Een dagelijkse productie van 1.950 liter is geen uitzondering met de GEA Monobox. En dan zitten er nog drie koeien bij die per melkbeurt een kwartier in de box staan. Daar valt nog wel wat tijdwinst en capaciteit te behalen. Ook letten we sinds de komst van de melkrobot bij de stierkeuze meer op speenplaatsing. Zo wordt het missingspercentage verder teruggeschroefd. Een dagproductie van 2.100 liter behoort tot de mogelijkheden. Zeker nu de robotarm is voorzien van de nieuwe G5 camera, waardoor het aansluiten nog beter verloopt. Alle monoboxen in Nederland worden door GEA nu uitgerust met deze camera, waardoor de melkrobot nog stabieler aansluit. Farmonie heeft bij ons het probleem tijdig onderkend en actie ondernomen. Met name Farmonie medewerker Martijn van Gessel ontpopte zich tot een ware Monobox G5 specialist, en verzorgt nu voor GEA de ombouw van de bestaande systemen naar de laatste stand van de techniek.’
‘Eerlijkheid duurt het langst. Het onderstreept het belang van service en goede medewerkers. Want hoe goed een techniek ook is, het blijft mensenwerk om het maximale uit de techniek te halen. Ook wat dat betreft is de GEA Monobox een uitkomst: de box is van alle kanten goed toegankelijk. Zeker bij vaarzen is dit een uitkomst bij de eerste melkbeurten. Door eerstekalfs koeien bij de eerste bezoeken aan de box rustig te begeleiden is een bezoek aan de GEA Monobox ook voor een vaars al snel een feestje.’
Ten Vregelaar klinkt ontspannen. Zijn GEA Monobox en daarmee zijn bedrijf draait naar tevredenheid. Wel heeft hij zorgen over de toekomst. ‘Ik heb twee zonen die overwegen boer te worden. Dat is mooi, maar dan moet de stemming rondom de veehouderij wel veranderen. Laten we met elkaar een eerlijk, betrouwbaar verhaal vertellen.’